bas
De Australische basbariton Andrew Collis studeerde aan het conservatorium in Queensland. Met rol van Colline en Don Alfonso had hij zijn eerste opera-ervaringen.
In 1993 werd hij aangenomen bij de Kölner Opernstudio en sinds 1995 behoort hij bij het gezelschap van de Kölner Bühnen. Hier zong hij o.a. in Die Zauberflöte, Donner in Das Rheingold, de titelpartij in Figaro, Schaunard en Colline in La Bohème, Jim Hobson in Peter Grimes, Alessio in La Sonnambula, Elviro in Xerxes, Alain in Le Roi Arthus, de Koning in Aida, Lodovico in Otello, Raimondo in Lucia di Lammermoor, Kolenaty in Die Sache Makropulos en Angelotte in Tosca.
Gastoptredens brachten hem naar Hongkong, Brisbane, Perth en Strassburg, Die Meistersinger von Nürnberg, naar Frankfurt, Essen, Düsseldorf en Berlijn.
In 1998 was hij te gast in Brisbane, als Achilla in Giulio Cesare, in Melbourne en Sydney als Père Laurent in Roméo et Juliette. Ten slotte was hij in Keulen te bewonderen o.a. als Kolenaty in Die Sage Makropulos, als Mr. Flint in Billy Budd, als Tchélio in Die Liebe zu den drei Orangen, als Monterone in Rigoletto en als Somnus in Semele. In het seizoen 2002/2003 werkte hij o.a. in La Traviata en als Leporello in Don Giovanni.
