tenor
Frank Poretta III
Frank Poretta is de zoon van twee Amerikaanse operazangers, Frank Poretta Jr. en Roberta Palmer. Hij studeerde muziek aan de Julliard School of Musik en begon zijn carrière met het lyrische repertoire. Daarna werkte hij met het moeilijkere Italiaanse repertiore zoals Aïda aan de Eugene Opera.
In de Virginia Opera zong hij in Andrea Chenier, Un Ballo in Maschera en Tosca. Voor zijn rol als Calaf in Turandot op Baltimore kreeg hij zeer lovende kritieken. Al snel zag men in Frank Poretta een nieuwe belangrijke spinto tenor (wat meer dramatisch).
Eind 2002 debuteerde hij in Europa met de rol van Otello in de gelijknamige opera in Sevilla. Vervolgens was hij te zien in het Teatro Real in Madrid met de wereldpremière van Merlin (*Albeniz) in de rol van King Arthur. In de zomer van 2003 werd hij toegejuigt in de Australian Opera bij de nieuwe productie van Otello onder de leiding van Simone Young.
Daarna had hij zijn debuut in Frankrijk als Cavaradossi in Tosca aan de Opera National in Parijs. Hij kwam naar de Baltimore Opera (2003) voor de rol van Manrico in Il Trovatore. In 2004 zong hij in Lissabon, Italie, en in 2004 bij de Deutsche Oper Berlin als Radames in Aïda.
In het seizoen 2004/2005 vertolkte hij de rol van Dick Johnson in La Fanciulla el West, van Don Alvaro in La Forza del Destino in Luik, aan de Tulsa Opera die van Turridu en Canio in I Pagliacci. In het seizoen 2005/2006 zong hij aan de Vienna State Opera, in de Hamburg State Opera en de Semper Opera in Dresden als Cavaradossi. In 2006 debuteerd hij in Turijn aan het Teatro Regio als Calaf.