Les Deux Aveugles de Tolède

Méhul (par Leclerc)

Etienne Nicolas Méhul  

 

(Aken 27-01-2001 / Theater Aachen)

Libretto van Benoît-Jospeh Marsollier des Vivetières, naar Les deux aveugles de Bagdad (verhalen duizend en één nacht), van A-G Fournier.
Duits van Paul Esterhazy.
Komische opera in 1 akte
Plaats en tijd.Tolèdo 
Première. Parijs (Opéra Comique) op 18-01-1806 (1782.)  

NUGUEZ (blinde muzikant)bas
DON BRUSCO (blinde muzikant)bas
MENDOZE (Pedro)bariton
FLORA (Nuguez' nicht)sopraan
JACINTHE (huishoudster - Nuquez)sopraan


Inhoud

Bij Nuquez in Tolèdo.
Flora wacht ongeduldig maar niet tevergeefs op haar geliefde Mendoce, die onder de naam Pedro bij Don Brusco een muziekstudie volgt. Zo kan hij makkelijker zijn geliefde leren kennen. Ze dragen een stuk van Nuguez voor, een muziekstudie over de kracht van de liefde. Jacinthe, die ook in het complot zit, waarschuwt hen voor de wantrouwende en jaloerse Brusco. Nuguez is hem veel verschuldigd, vanwege een kleine gunst. Hij wil hem daarom zijn nicht als vrouw geven.
Pedro (Mendoce) draagt vanaf dan alleen nog maar operapartituren voor van zijn leermeester en rivaal. Hij zingt voor hem bekende stukken uit tragediën, komische opera's en zelfs een Italiaanse aria. Brusco komt door zijn verschijning over als een uiterst jaloerse man. Ondanks zijn blindheid is hij een helderziende. Hij heeft de verhouding tussen Pedro en Flora al vlug doorzien. Dat geldt echter niet voor zijn vriend Nuguez.  Deze doet voor hoe hij gisteren bij de Hertog van Alva een zeer succesvol optreden als klarinettist had.
Pedro gunt hem alle goeds vooral als hij hoort dat Nuguez met Jacinthe wil trouwen. Hij wil eerst zijn eigen huwelijk, inclusief bruidsschat regelen. Op een moment wordt iedereen weggeroepen. Mendoce is ervan overtuigd dat hij onopgemerkt in de ruimte zal kunnen blijven. Tijdens het aftasten van de muren door de twee blinden wordt hij op het nippertje niet ontdekt. Bij het tellen van de goudstukken legt hij ze stiekem opzij en veroorzaakt zo een ruzie waardoor bij Nuguez,  Brusco's slechte karakter duidelijk wordt, maar ook zijn geraffineerdheid. Brusco voelt de aanwezigheid van een derde persoon. Het lukt hem diens hand te grijpen en de autoriteiten erbij te roepen.
Buiten klinkt een mars, en de betrapte imiteert een rechter. Brusco ziet ook door deze list heen en ontmaskert de rechter en velt in zijn naam een oordeel dat hem de bruidsschat en een schadeloosstelling oplevert. Als men hem vervolgens vraagt te blijven voor de bruiloft van zijn rivaal neemt hij die uitnodiging aan, hoewel hij weet dat de uitnodiging niet echt gemeend is.  


(Aken 27-01-2001 / Theater Aachen)

JEREMY HULINdirigent
PAUL ESTERHAZYregie
PIA JANSSENdecor & kleding
JOSEF DUYXlicht
Bezetting 
JAROSLOW SIELICKINuguez (blinde muzikant) (bas)
WILLY SCHELLDon Brusco (blinde muzikant) (bas)
HANS LYDMANMendoza (bariton)
KRISTINA TOTZEKFlora (Nuguez' nicht) (sopraan)
SYBILLE FISCHERHyacinthe (huishoudster) (sopraan)